nov
29
2017

Het civiel perspectief

Beleidsplanning, Burgerinitiatief, Organisatiebeleid

Blog, Video

Het nieuwe decreet neemt het civiel perspectief als eerste uitgangspunt, zo staat er in de memorie van toelichting. Daarmee plaatst de Vlaamse overheid de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk in het hart van de democratische samenleving. Waarom doet ze dat? Waar komt de term ‘civiel perspectief’ vandaan en welke betekenis kan je eraan geven in de context van het sociaal-cultureel volwassenenwerk?

De samenleving: drie speelvelden en een middenveld

Elke grotere gemeenschap staat voor de uitdaging om het samenleven vorm te geven. Want hoe moet je met zoveel mensen beslissen over de inrichting van een stad, over de verdeling van de kosten voor gezondheidszorg of over hoe rechtspraak georganiseerd wordt?

Onze moderne democratie biedt daar een mogelijk antwoord op: we organiseren verkiezingen en duiden zo mensen aan die ons vertegenwoordigen – mensen die we kiezen op basis van een politieke overtuiging. Zij krijgen dan de bevoegdheid om de staat zo in te richten dat deze het algemeen belang dient.

Naast dit politieke speelveld ligt het speelveld van de markt. Die biedt ons een ruimte waarbinnen we van alles ondernemen om onze behoeften te vervullen. We kunnen er bijvoorbeeld geld verdienen waarmee we dingen kunnen kopen. De markt is het speelveld waar we de materiële waarde van goederen en arbeid bepalen om ze zo tegen elkaar te kunnen ‘ruilen’ in functie van wat we nodig hebben. Staat en markt vormen samen wat we noemen ‘het maatschappelijk systeem’.

Foto: Moderned emocratie

Daartegenover staat het meest oorspronkelijke speelveld – het speelveld dat zin en betekenis geeft aan ons leven: de persoonlijke leefwereld. Onze private sfeer, waar we in gezinnen leven, waar we vriendschapsrelaties hebben, waar we ons verbinden met familie en buren, waar we onze religie, wereldbeschouwing of andere waardekaders ontwikkelen. Het is de ruimte waarin we bijvoorbeeld kiezen om vegetarisch te leven, onze kinderen met een open geest voor andere culturen op te voeden of waar we onze oudere buurvrouw helpen met boodschappen. Het is het speelveld dat volop geladen is met wat we waardevol vinden en waarbinnen ons dagelijks leven zich afspeelt.

Tussen die drie speelvelden – staat, markt en leefwereld – ligt er een maatschappelijk middenveld: een publieke ruimte waarin de drie speelvelden elkaar voortdurend raken en met elkaar vermengd geraken. De verbindingen die mensen daarin met elkaar aangaan zijn niet gebaseerd op affectieve banden. Wat er gebeurt, gebeurt niet op initiatief van de overheid en is niet geregeld volgens de wetten van de markt.

De civiele maatschappij

Het is precies in dat maatschappelijk middenveld dat we de betekenis vinden van het ‘civiel perspectief’. Dit perspectief verwijst naar ‘civiele maatschappij’ – een begrip dat in de moderne politieke theorievorming min of meer als synoniem functioneert voor de term ‘maatschappelijk middenveld’. Daarmee bedoelen we het hele veld van onafhankelijke associaties, organisaties, groepen of bewegingen waarin burgers uitdrukken waar ze met de samenleving naartoe willen. Ze doen dat door zich vrijwillig en op eigen initiatief te verenigen rond waarden of ambities die ze belangrijk vinden, rond overtuigingen die ze delen of rond maatschappelijke ambities die ze samen willen realiseren. Ze doen dat niet zelden vanuit een bepaalde verontwaardiging over wat ze onrechtvaardig vinden. Enkel de mensen die zich achter hetzelfde idee scharen, voelen zich gebonden door de beslissingen en de keuzes die in het maatschappelijk middenveld door organisaties worden gemaakt.

Sociaal-culturele organisaties zijn civiele actoren, die de private kwesties van mensen in hun leefwereld tot een publieke zaak maken in de civiele samenleving.

Voorbeelden genoeg. Een buurtcomité dat de buurt gezelliger wil maken of bij het lokale bestuur wil opkomen voor meer verkeersveiligheid. Een vakbond die werk wil maken van maatregelen die burn-out kunnen voorkomen of die vaders bij de geboorte meer tijd wil geven om thuis te zijn. Een lokale vereniging die zich vanuit een religieus motief wil inzetten voor mensen die in armoede leven. Een solidariteitsbeweging die opkomt voor eerlijke wereldhandel. Een vormingsorganisatie die mensen wil ondersteunen bij hun persoonlijke ontwikkeling of die het maatschappelijk debat wil voeden of aanwakkeren.

Sociaal-culturele praktijken spelen zich in regel af in dit maatschappelijk middenveld. Sociaal-culturele organisaties zijn civiele actoren, die de private kwesties van mensen in hun leefwereld tot een publieke zaak maken in de civiele samenleving, om op die manier markt of staat te bewegen in de gewenste richting. Daarom zeggen we wel eens dat sociaal-culturele praktijken zich afspelen op de ‘naad tussen systeem en leefwereld’. Dat is de politieke en democratische dimensie van de civiele samenleving. Daarnaast heeft het maatschappelijk middenveld – en dus ook een sociaal-culturele organisatie – een sociale opdracht: het verbindt mensen met elkaar, met groepen en met gemeenschappen. Het geeft hen ontwikkelingskansen en creëert betrokkenheid en vertrouwen in de samenleving.

De civiele maatschappij als arena

In dat maatschappelijk middenveld is er voortdurend beweging. Zo was het middenveld ooit voornamelijk georganiseerd en verdeeld rond economische, levensbeschouwelijke of religieuze kwesties. Vandaag is die stempel nog aanwezig, maar zien we dat de thema’s eerder opschuiven in de richting van duurzaamheid, diversiteit en digitalisering. Misschien is morgen de zoektocht naar alternatieve vormen van economie wel een thema?

Maar ook de relaties tussen de spelers veranderen voortdurend: soms zijn er coalities, zoals bijvoorbeeld de coalitie tussen middenveldspelers, marktspelers en overheid om zoveel mogelijk mensen zelf energie te laten produceren via zonnepanelen. Op een ander moment staan spelers lijnrecht tegenover elkaar, zoals bijvoorbeeld wanneer civiele actoren mensen willen aanzetten tot repareren terwijl de markt alle belang heeft bij het voortdurend aankopen van nieuwe consumptiegoederen.

De civiele maatschappij is een arena waarin strijd gevoerd wordt om macht en invloed.

De civiele maatschappij is dus een arena waarin strijd gevoerd wordt om macht en invloed, waar belangen tegengesteld zijn, maar waarin ook coalities gesmeed worden. Een arena waarin het publieke debat wordt gevoerd over wat het goede is om te doen. Civiele actoren in dat middenveld proberen de publieke opinie en zelfs de private levenssfeer te beïnvloeden. Door repair-cafés te organiseren hopen organisaties bijvoorbeeld dat mensen meer bewust worden van de levensduur en de reparatiemogelijkheden van apparaten. In die zin speelt de civiele maatschappij ook een waardenspreidende rol.

Civiel perspectief

Het decreet vertrekt vanuit dit civiel perspectief. Dat betekent dat sociaal-culturele organisaties beschouwd worden als vrijwillige en autonome verenigingen van burgers die samen vorm willen geven aan de samenleving. Sociaal-culturele praktijken hebben dus:

  • een verbindende rol: mensen verenigen, organisaties in het netwerk van civiele actoren hun plaats laten innemen, gedeelde waardekaders aanreiken, vertrouwen in de samenleving creëren;
  • een kritische rol: private kwesties – die hun oorsprong vinden in de leefwereld van mensen – tot publieke zaak maken;
  • een laboratoriumrol: maatschappelijk innoverende praktijken opzetten in die civiele maatschappij die mogelijk zinvolle antwoorden bieden op vraagstukken die leefwereld en systeem raken.

Het civiel perspectief betekent dat de overheid de onafhankelijkheid van civiele actoren erkent.

Het civiel perspectief betekent ook dat de overheid de onafhankelijkheid van civiele actoren erkent en ze dus niet kan benaderen als voorzieningen die bedoeld zijn om het eigen overheidsbeleid uit te voeren. De overheid kan zich als het ware niet ‘bemoeien’ met de vraag welke thema’s, kwesties of praktijken burgers belangrijk genoeg vinden om er zich rond te verenigen. De overheid vindt het intrinsiek waardevol dat deze organisaties bestaan en hun rol in de democratische samenleving spelen. Dat is ook de reden waarom ze deze organisaties principieel wil subsidiëren, uiteraard binnen de grenzen van rechtsregels zoals die onder andere vastgelegd zijn in het decreet.

Kennisomgeving decreet

Wil je meer te weten komen over het nieuwe decreet? Neem dan zeker een kijkje op onze kennisomgeving over de nieuwe regelgeving.


Gie Van den Eeckhaut

Gie Van den Eeckhaut

Scroll to Top