Online polarisatie

Online discussiefora en sociale media bieden kansen op een rijker democratisch debat. Ze vergroten de interactiemogelijkheden tussen overheden en burgers, klassieke media en burgers, en burgers onderling. Tegelijk houden ze risico’s in. Interacties op sociale media leiden regelmatig tot bitsige conflicten en kunnen polarisatie in de hand werken. Die online polarisatiedynamieken brengen ook risico’s mee op intimidatie of geweld in de fysieke wereld.

De sociale media worden beheerd door grote internationale bedrijven. Ze functioneren op basis van algoritmen. Algoritmen worden gebruikt om de betrokkenheid van gebruikers te optimaliseren. Op basis van data-analyses schotelen mediabedrijven gerichte informatie voor aan gebruikers, informatie die overeenkomt met hun interesses. Het doel van sociale media is uiteindelijk om zoveel mogelijk gebruikers aan te trekken en hen zo lang mogelijk op hun platform te houden. Sociale mediabedrijven zijn immers marktspelers en gericht op winstbejag.

Door het gebruik van algoritmes kunnen sociale mediaplatformen veranderen in ruimtes waar eigen overtuigingen steeds weerkaatsen en eigen meningen voornamelijk bevestigd worden. We spreken dan over informatiebubbels, waarbij het algoritme de informatie die de gebruiker te zien krijgt filtert. Een algoritmische herhaling van het eigen standpunt kan het gevoel voor nuance doen afnemen bij de gebruiker die steeds minder pen staat voor kritiek vanuit andere invalshoeken. De algoritmen houden het standpunt van de tegenpool verborgen. Gebruikers raken er zo mogelijks van overtuigd dat hun standpunt het enige correcte is en dat de meerderheid van de mensen die mening deelt. Zo ontstaat er een voedingsbodem voor polarisatie.

Wetenschappers hebben niet altijd een goed zicht op de algoritmen. Dat maakt het voor overheden niet makkelijk om wetenschappelijk onderbouwd beleid te voeren tegenover online polarisatie. Digitale media leiden niet op zichzelf tot polarisatie, maar altijd in relatie tot maatschappelijke ontwikkelingen en uitdagingen. Een adequaat beleid ambieert daarom best een holistische aanpak waarbij de technologische aspecten (bv. algoritmen) niet los gezien worden van de specifieke maatschappelijke context waarbinnen polarisatie optreedt[1].

Online polarisering kent verschillende vormen: hatespeech, trolling en desinformatie. Online polarisering kan door verschillende gebruikers op sociale media versterkt worden:

Wat deelname aan online debatten betreft, kunnen er vijf groepen socialemediagebruikers onderscheiden worden[2]: disputanten, hartluchters, meelezers, trollen, en debat-entrepreneurs. Elk van die vijf groepen heeft verschillende doelen met hun socialemediagebruik, en dit beïnvloedt de verwachtingen die ze hebben over het platform en over andere gebruikers. De berichten van disputanten, hartluchters en meelezers kunnen soms bijdragen aan polarisatie, maar dat is een onbedoeld gevolg van oprechte frustraties die ze ervaren. Die groepen kunnen daarom waarschijnlijk overtuigd worden om op een constructieve manier deel te nemen aan online debatten. Dat is echter niet het geval voor trollen en polarisatie-entrepreneurs, die polarisatie bewust lijken uit te lokken.

  • Disputanten willen een inhoudelijk en constructief debat en zijn voorstander van expliciete online gedragsregels, maar de soms heftige uitwisselingen op sociale media kunnen tot frustraties leiden, waardoor ze soms de pedalen verliezen en affectief polariseren, of soms ook sociale media de rug toekeren.
  • Hartluchters gebruiken sociale media vooral om stoom af te blazen en frustraties van zich af te schrijven. Hun acties zijn spontaan en emotioneel, wat de polarisering kan aanjagen.
  • Meelezers zijn dan weer erg terughoudend bij het zelf plaatsen van berichten, vooral omdat ze beducht zijn voor felle reacties. Ze gebruiken sociale media vooral als informatiebron en graadmeter van wat er leeft in de samenleving.
  • Debat-entrepreneurs streven specifieke politieke of maatschappelijke doelen na en spelen daarom strategisch in op gepolariseerde debatten. Daartoe trekken ze soms zelf polarisering op gang, maar ze kunnen zich even goed verzoenend opstellen. Alles hangt af van hun doelstellingen. In ieder geval handelen ze uiterst beredeneerd. Onder de debat-entrepreneurs vinden we ook echte polariseringsondernemers, die er baat in zien om voortdurend olie op het vuur te gooien en er op uit zijn om polarisering aan te jagen.
  • Trollen zijn actief op sociale media om te choqueren en te provoceren. Machtshebbers en prominente figuren zijn daarbij een geliefkoosd doelwit. Ze vinden dat de vrijheid van meningsuiting absoluut is. Vaak opereren ze volledig anoniem.

[1] Picone, I. & Jurg, D. (2021). Digitale disconnectie. Wanneer polarisatie viraal gaat. Mechelen: Hannah Arendt Instituut.

[2] Vyncke, B., Van gorp, B. & Opgenhaffen, M. (2022). Online polarisering: Slim omgaan met trollen, hartluchters, meelezers en meer. Brussel: Vlaams Vredesinstituut.

Scroll to Top