Welbevinden en welzijn

Op 1 januari wensen we elkaar steevast een goede gezondheid toe. Dat toont het belang dat we allemaal hechten aan welbevinden, mentale en fysieke gezondheid. Om dat maximaal te garanderen, bouwden we in Vlaanderen een groot aanbod aan formele hulp- en dienstverlening in diverse ambulante, semi-residentiële en/of residentiële vormen. Dat formele aanbod wordt zowel vanuit de socialprofitsector, vanuit de publieke sector (federale, regionale en lokale overheid) als vanuit de commerciële sector georganiseerd. Naast dat formele aanbod wordt een aanzienlijk deel van de zorg en ondersteuning verleend in de informele sfeer, in de onmiddellijke nabijheid van zorgbehoevenden, door familieleden, vrienden, buren en vrijwilligers. Beide sectoren maken samen de verzorgingsstaat uit.  

De staat van onze verzorgingsstaat fluctueert mee met de welvaart. Tijdens crisissen zoals de financiële crisis van 2008 en de energiecrisis van 2022 komt het welbevinden van Vlamingen en Brusselaars sneller onder druk te staan en groeit de nood om (overheids-)uitgaven voor zorg en welzijn te beheersen. Hier en daar hoor je ook stemmen die pleiten voor een meer voorwaardelijke gezondheidszorg. Kunnen en willen we nog onvoorwaardelijk solidair zijn met wie rookt, te weinig beweegt, te zwaar weegt of te veel alcohol drinkt?   

Ondertussen steeg de levensverwachting, ook dat brengt nieuwe uitdagingen mee voor zorg en welbevinden. Terwijl 55-plussers het meest lijken te profiteren van de opgebouwde welvaart, gaat ouder worden ook gepaard met fysieke ongemakken en gezondheidsproblemen. Langer leven en een gezondheidszorg die steeds verder ontwikkelt, stellen ons ook voor ethische vragen over het levenseinde en de kwaliteit daarvan.    

Scroll to Top