jun
17
2022

De Koer, bruisende creatie- en ontmoetingsplek in Gent

Burgerinitiatief

Praktijk

De Koer is pas succesvol als common als niet éénstemmigheid (consensus), maar meerstemmigheid (consent) mogelijk blijft.

Wiebe, De Koer
De Koer is een bruisende creatie- en ontmoetingsplek in het midden van de Brugse Poort in Gent. Binnenkort organiseren Socius, Commons Lab en De Koer in Gent een opleiding over de ondersteuning van commonsgerichte initiatieven vanuit partnerschap. Zowel stafmedewerkers Nele en Paco (Socius) als het team van Commons Lab kwamen enthousiast terug van hun bezoekjes aan De Koer. Commons Lab maakte een uitgebreid portret over de werking, dat lees je hier en op de website van Commons Lab.

De Koer is een bruisende creatie- en ontmoetingsplek in het midden van de Brugse Poort te Gent; een concrete ruimte in de stad als beweeglijk speelveld voor sociale en artistieke projecten en initiatieven. Zo bouwt de Koer aan een open plek waarbij zowel de werking als het programma op een participatieve manier tot stand komt. Door deze vernieuwende manier van werken, geïnspireerd door ‘de commons’, neemt de Koer een boeiende plaats in het Gentse culturele veld. Wij gingen onlangs op de koffie bij Leontien, Michiel en Wiebe van de Koer met dit portret als resultaat. Binnenkort organiseren we samen met hen en Socius een opleiding over de ondersteuning van commonsgerichte initiatieven vanuit partnerschap.

De Common

Commons Lab: Jullie bouwen, delen en beheren samen een plek, de Koer, hoe is die ontstaan?

Leontien: De vzw achter de Koer, is acht jaar geleden ontstaan in de Meubelfabriek. In een voormalige meubelfabriek werd een tijdelijke invulling voorzien door burgerinitiatieven, waaronder een bar, een fietsenherstelplaats en een sub-werking die bezig was met artistieke projecten en expo’s. Die burgerinitiatieven kwamen samen en deelden die ruimte. Na twee jaar moest de vzw hun ruimte in de oude fabriek verlaten, na nog een jaar onderdak te vinden in De Binnenweg in de Brugse Poort, kwam de Koer terecht op de huidige locatie: het voormalige volkshuis de Meibloem, gelegen op de gronden van de Coöperatieven van de Vooruit nr. 1. In het volkshuis was vroeger onder andere een bar en een buurtcinema. Momenteel hebben we het pand in erfpacht voor 35 jaar waarvan er nu zo’n 5,5 verstreken zijn. Het is wel fijn om te weten dat de Koer er nog zo lang kan zijn. De site zelf is behoorlijk groot. In de voorbouw delen we de ruimte met coöperatieve buurt- en stadstuinwinkel ‘Akker en Ambacht’, alsook met Labo vzw die kritisch burgerschap stimuleren en werken rond verschillende maatschappelijke thema’s. In de voorbouw zit eveneens de keuken en nog enkele onbestemde ruimtes die in de aankomende ontwikkeling nog een bestemming gaan krijgen. De middenbouw was tot kort een café, dat zijn we momenteel volledig aan het afbreken. Onder het motto: “de Koer wordt meer de Koer”, bouwen we daar een grote extra buitenruimte. De achterbouw is voornamelijk voorzien voor publieke evenementen. Daarin komt een nieuwe bar en een zaal voor concerten, theater, en allerlei soorten presentaties. Verder zijn we er ook een hout en metaal bewerkingsatelier aan het organiseren. Er is nog een ruime buitenplaats met een tuin, een podium en een leemoven. 

Werken jullie veel samen met andere partners? In de buurt, stad, of zelfs daarbuiten? 

Leontien: “Wij zitten in de Brugse Poort, een diverse en multiculturele buurt in de rand van Gent. Het is een buurt waar veel dynamieken en energieën aan de gang zijn. Dit vormt een ideale voedingsbodem voor zowel de Koer zelf als voor de initiatieven die we opzetten en ondersteunen. Wij hebben dan ook een sterke connectie met de buurt, we zijn sowieso aanwezig op allerlei wijkoverleggen, en hebben goed contact met partners die zich in de buurt bevinden zoals de Meubelfabriek, vzw JONG of VOEM. We houden elkaar voortdurend op de hoogte van onze werking, we weten zo welke mogelijkheden tot samenwerkingen er zijn in de buurt. Op regelmatige basis werken we ook effectief samen, en we merken dat dat organisch voor een nieuw publiek zorgt.

Op vlak van vrijwilligerswerking hebben we goede samenwerkingen die heel vlot verlopen. Vaak zijn vrijwillige medewerkers uit de buurt die ook een groot netwerk hebben, in diverse kringen. We werken samen met een Refu Intrim die nieuwkomers doormiddel van vrijwilligerswerk willen activeren en werk bezorgen.  

Met de residentiewerking ondersteunen wij kunstenaars voor een jaar lang. Zij gaan ook aan de slag met de netwerken en dynamieken in de buurt. Samen met enkele partners in de stad bouwden we ook aan het netwerk ‘Tot in de stad!’,  waarmee we dat soort praktijken verder ondersteunen. Het is een samenwerking met onder andere Kunstencentrum Voo?uit, manoeuvre, Theaterplatform Jong Gewei, Kunsthal Gent, PILOOT.co, KASK en LUCA.. Recentelijk is ook een nieuw netwerk ontstaan, ‘Beyond Building’. Dat zijn een aantal organisaties die werken rond het spanningsveld tussen de kunsten en architectuur maar ook het delen van sites en ruimtes . In dit netwerk zijn wij met de Koer en Timelab vooral de trekkers, Het Bos uit Antwerpen, Stelplaats en Cas-co uit Leuven, De Republiek uit Brugge en een architectenbureau uit Brussel maken ook deel uit van dit netwerk.  

Hoe is jullie wisselwerking met de stad Gent?  

Michiel: Financieel worden wij structureel ondersteund door de stad. Met die ondersteuning kunnen we alle gemeenschapsgerichte projecten betalen. De middelen die we via het Kunstendecreet ontvangen zijn vooral projectmatig voorlopig en dienen voor de residentie, de collectieve actie en  de muziek. We hopen in de toekomst ook werkingsmiddelen te bekomen via het Kunstendecreet, dit zou de artistieke werking van de Koer nog meer verankeren. De ondersteuning vanuit de stad zorgt dan voor het sociale gemeenschapsvormende. De Cinema daarnaast krijgt middelen via het Vlaams Audiovisueel fonds.  

Vanuit de middelen die we van de stad krijgen komt er ongeveer 80% vanuit cultuur en 20% vanuit beleidsparticipatie. De herontwikkeling van de site, dat zijn best grote bouwwerken, de stad ondersteund ons daar actief in en gaat ook mee op zoek naar investeringsmiddelen.  

Omdat wij in de kunstensector zitten, hebben we soms twee verhalen naar het beleid toe. We moeten onze common soms veel artistieker uitleggen dan bijvoorbeeld in dit gesprek. Het ‘commons’ gegevens is soms nog lastig om uit te leggen op beleidsvlak. We hebben met De Koer zo’n brede werking dat het voor het beleid een makkelijk argument is om ons door te sturen naar een andere subsidie. Het is voor ons vooral een sterkte om op zoveel verschillende facetten in te zetten maar soms, zoals in dit geval, ook misschien wel een zwakte. We worstelen soms met de hokjes die voorzien zijn door het beleid: het is of kunstensector of sociaal-cultureelwerk. Beide hebben andere doelen voor ogen maar voor ons gaat het om wat de kunsten kunnen aanbieden voor de maatschappij. Wij willen een vrijplaats zijn voor het artistieke én het sociale en alle mogelijke kruisbestuivingen daartussen die elders niet mogelijk zijn. We gebruiken verbeelding om een nieuwe blik te krijgen.  

Leontien: We zijn atypisch en dat maakt het interessant, maar tegelijkertijd is het een uitdaging. Zeker op beleidsniveau. 

Wiebe: De ‘overheid’ of de stad mag in ons verhaal trouwens niet gereduceerd worden tot geldschieter, al is dat wel een bijzonder belangrijk aspect. Bij het ontstaan vanuit de tijdelijke invulling was de support van enkele ambtenaren als ‘gidsen’ zeer belangrijk. Dit ging in de eerste plaats niet om centen, wel om erkenning en vergunning. Er werd samengewerkt op gelijke voet. Deze gelijkwaardigheid, en benadering (vooral vanuit de dienst beleidsparticipatie toen) hebben het vertrouwen van onze prille organisatie gesterkt. 

Het feit dat deze ambtenaren, als vertegenwoordigers van ‘de overheid’ zo benaderbaar waren en meedachten met ons project stelde ons in de mogelijkheid om een brede visie uit te bouwen die zich niet beperkte tot enkel onze eigen doelstellingen. 

Deze houding is volgens mij noodzakelijk om tot een gewaardeerde, en niet gemarginaliseerde common te komen. Tot op vandaag hebben we een dergelijke verhouding met verschillende ambtenaren uit verschillende diensten, hun betrokkenheid is superbelangrijk.

De Commoners

De plek op zich heeft een effect op de mensen, door samen te (ver)bouwen, door samen de tuin te verzorgen willen we het co-eigenaarschap stimuleren. Door in de praktijk met uw handen bezig te zijn, kan je het talige overstijgen. Het samen doen en het “the do’er decides” geeft een enorme kracht en energie, en die dynamiek maakt de Koer.

Leontien, De Koer

Hoeveel mensen zijn betrokken bij de Koer en op welke manier? 

Michiel: De Koer telt een gemeenschap van ongeveer 200 betrokken mensen. Hun engagement verschilt sterk qua tijdsbesteding en rolverdeling. Sommigen zijn losser en andere soms vaster betrokken bij de werking. Een belangrijke rol is weggelegd voor het team, een vaste kern van 5 ‘professionals’ die vooral coördinerende rollen opnemen op halftijdse basis. Twee van onze medewerkers zijn bezig met de (artistieke) programmatie. Een collega is bezig met de gemeenschap en de common. De andere twee collega’s nemen het zakelijke en het ruimtelijke (bouwen, herontwikkeling van de site,…) aspect voor hun rekening. De verschillende persona van het team kleuren mee de werking, al ligt het zwaartepunt vooral bij de verschillende werkgroepen (bar, bouwen, muziek, variaties, film, ….). 

Verder is er ook de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering, de klassieke structuur van de vzw is een bijzonder dankbaar gegeven om overleg en verantwoording vorm te geven binnen onze common. Er wordt hier expliciet op ingezet (verbreding van het bestuur en de AV). Wij vullen dit standaard overleg aan met het maandelijkse Forum. 

Leontien: De cinema-werkgroep, Ciné Rio, op zich bijvoorbeeld is al met een groep van zo’n 40 betrokken personen. De commons-principes vormen een manier of methode om de Koer overkoepelend te organiseren, ze vormen een leidraad om de ruimte, de communicatie, de publiekswerking en de initiatieven in dialoog met iedereen samen te organiseren. Op die manier hopen we een soort horizontaliteit te creëren in de organisatiestructuur. Hoe dat heel duidelijk tot uiting komt is in de werkgroepen. We hebben een zevental werkgroepen, van de ovenwerkgroep en een tuinwerkgroep tot een kindercinema-werkgroep. Deze bestaan meestal uit een gevarieerde groep mensen die samen komen om rond een bepaald thema te werken.  

De Koer is een hele grote site, met verschillende soorten ruimtes, een oven, een cinema een keuken. Ook die plek op zich is heeft een effect op de mensen, door samen te (ver)bouwen, door samen de tuin te verzorgen willen we het co-eigenaarschap stimuleren. Door in de praktijk met uw handen bezig te zijn, kan je het talige overstijgen. Het samen doen en het “the do’er decides” geeft een enorme kracht en energie, en die dynamiek maakt de Koer. Iedere keer als je rondloopt, loopt er weer iemand anders rond en zijn er weer andere dingen aan het gebeuren. Ook dat is de commonsprincipes in de praktijk brengen voor ons. 

Er zijn sowieso meerdere niveaus van betrokkenheid bij de betrokken mensen. We moeten ons geen illusies maken, niet iedereen wil dat co-eigenaarschap. Het is heel goed dat we dat mogelijk maken en dat dat het doel is op een manier, maar dat is geen verplichting. Sommige mensen werken maar aan één aspect of zelfs één activiteit mee, andere willen meer betrokken zijn. De mate waarin iemand bij ons actief is, is heel organisch en open in te vullen 

Commoning 

De Koer is pas succesvol als common als niet éénstemmigheid (consensus) maar meerstemmigheid (consent) mogelijk blijft. 

Wiebe, De Koer

Hoe gaan jullie met elkaar in interactie, zowel eerder intern als naar de bredere groep gebruikers of commoners toe. 

Leontien: Één keer per maand komen we allemaal samen op het ‘Forum’. Dat is de bijeenkomst waarop de verschillende stakeholders uit de verschillende werkgroepen een update, een stand van zaken geven over de initiatieven, plannen en ideeën die spelen in de verschillende werkgroepen. Op het Forum proberen we dan verbindingen te leggen. Wij als team van betaalde medewerkers zijn er vooral als ondersteuners of facilitators om de lijnen uit te zetten, zowel wat er binnen de Koer leeft, als binnen de buurt, de stad of Vlaanderen. We stellen de ruimte ter beschikking en maken het programma mee mogelijk. Per groep of deelwerking worden er telkens één of twee mensen afgevaardigd om naar het forum te komen. We streven ernaar dat iedere groep vertegenwoordigd is. Daarnaast zijn er nog mensen die nieuw zijn, die nodigen we altijd uit op het forum voor een rondleiding en kennismaking, de mogelijkheden om deel te nemen aan worden dan ook uitgelegd. Ook mensen die reeds betrokken zijn maar niet perse bij een ‘werkgroep’ horen komen naar het Forum. 

Verder is er nog de Algemene vergadering, waar bijvoorbeeld de beleidsplannen besproken worden, we organiseren die twee keer per jaar. We proberen dat ook ‘feestelijk’ aan te pakken, we voorzien een lange tafel vol met eten enzovoorts. Op het forum komt meer de dagelijkse werking, waaronder de programmatie, aan bod. Op de AV gaat het over het ruimere beleid. De AV wordt bewust mee gecommuniceerd in het publiek programma om een transparant en open beleid te organiseren in de werking. 

Hoe trachten jullie zo inclusief mogelijk te communiceren? Jullie hadden het eerder over “het talige overstijgen”? 

Michiel: We handelen en communiceren sowieso met veel respect naar elkaar toe. Het communiceren is soms met handen en voeten. We organiseren bijvoorbeeld bouwdagen, op een bepaald moment waren er zeven verschillende talen door elkaar. Maar tegen alle verwachtingen in werkt dat eigenlijk wel. Niemand weet er uiteindelijk nog goed welke taal met wie te spreken maar dat zorgt ervoor dat er een veilige sfeer ontstaat waarbij iedereen voor elkaar probeert te zorgen en te vertalen voor elkaar. We hebben daar geen uitgewerkte methodiek voor. We proberen gewoon te stimuleren dat iedereen zijn best doet voor elkaar. Dat creëert een soort van thuisplek.  

Leontien: Wat interessant is, samen aan een plek bouwen, heeft niets met taal te maken. Het vergt niet veel regels of afspraken, we gaan (letterlijk) een steen verplaatsen.  

Michiel: We proberen mensen te tonen hoe ze iets kunnen doen. Zelfs mensen waarmee we niet via taal kunnen communiceren komen met een glimlach dag na dag meehelpen.  

Worden er regels afgesproken in verband het gebruik van al jullie faciliteiten en/of het ‘samenleven’ bij de Koer? Hoe verloopt dat proces? Wie en hoe beslist daarover? 

Michiel: Zware brainstorms of discussies op het forum zijn moeilijker, dat is een grote groep, er zitten vaak nieuwe mensen tussen en het is openbaar. De mensen die graag achter de bar staan komen daar ook naar toe. Niet iedereen wil actief mee brainstormen over bijvoorbeeld beleidsplannen. Wat we wel doen is op het forum iedereen uitnodigen om op een ander moment daarover verder na te denken. Iedereen die zin heeft om mee na te denken is altijd welkom.   

Leontien: Het maken van onze beleidsplannen hebben we heel erg open gesteld. We hebben geprobeerd om altijd vertegenwoordigers te hebben vanuit zowel de vrijwillige medewerkers, als de raad van bestuur, als uit het team betaalde medewerkers. We geven altijd al die stemmen een plek in dat soort beslissingsmomenten. Op die manier ligt dat dus niet bijvoorbeeld bij twee mensen uit het team. Ook bij sollicitaties passeren de sollicitanten bij die verschillende groepen. Dat is voor ons een enorme meerwaarde omdat iedereen op een andere manier kijkt naar de werking.     

Michiel: Ik denk dat we in de ‘common’-manier nog veel verder kunnen gaan.  De vraag is echter, wil de groep dat? We zouden ook nog meer richting een coöperatief model kunnen groeien. We hebben het ook al gehad over een gemeenschapsmunt. Er zijn nog heel veel pistes maar we zijn dus zelf nog zoekende hoever we daarin willen gaan.  

Is een consensus zoeken bij het nemen van beslissingen belangrijk voor jullie? Of volstaat een meerderheid? 

Michiel: We gaan altijd naar elkaar luisteren! 

Leontien: Het zijn altijd lange onderhandelingen, bij een voorstel is het niet zomaar direct voor of tegen stemmen. We gaan te raden bij zoveel mogelijk mensen die betrekking hebben voor we iets beslissen.  

Michiel: Binnen het team worden we begeleid om volgens een Sociocratisch model te werken. Maar we zijn continue zoekende naar voor ons passende methodieken.   

Wiebe: De Koer heeft altijd ingezet op ‘consent’, een belangrijk verschil met inzetten op ‘consensus’. Dat betekent wel dat er ongelofelijk veel methodieken zijn getest en ingebouwd (bijvoorbeeld de sollicitatieprocedure, traject beleidsplan, fora,…) die toelaten dat een brede groep gehoord wordt vooraleer een beslissing genomen wordt. De hele team-werkgroepen-forum-AV structuur past hier ook in uiteraard. 

Consensus is wat mij betreft een valse vlag om onder te varen. De common van de Koer is niet frictievrij, en wil dat ook niet te zijn. De Koer is pas succesvol als common als niet éénstemmigheid (consensus) maar meerstemmigheid (consent) mogelijk blijft. 

Hoe handhaven jullie de regels, hoe lossen jullie conflicten op? 

Michiel: De Koer telt een gemeenschap van om en beide 200 betrokken mensen. Conflicten zijn inherent aan zo’n grote gemeenschap. De teamleden zijn er om conflicten binnen de werking op te vangen. Tijdens bouw- en programmatiedagen anticiperen we hierop door steeds met een gezamenlijk evaluatiemoment af te sluiten. Een teamlid is evenzeer aangesteld als aanspreekpunt voor vragen omtrent integriteit, psychosociaal welzijn en grensoverschrijdend gedrag. In het kader van grensoverschrijdend gedrag werken we momenteel aan een draaiboek. 

Eigenaarschap is een thema dat vaak terugkomt in conflicten. Soms eigenen mensen zich bijvoorbeeld de plek ’te veel’ toe zodat het storend kan ervaren worden voor andere mensen. Vanuit het team proberen we dan telkens in dialoog te gaan en er samen uit te geraken. Het woord time-out is ooit al eens gevallen, we hebben het er al eens over gehad om iemand tijdelijk te zeggen ‘dit gaat te ver, nu even niet meer’. Maar uiteindelijk is het zover nooit gekomen. Een volledig uitgewerkt model om met conflicten om te gaan hebben we niet. We zijn nog jong, en we groeien als organisatie door te leren uit de conflicten die gebeuren. 

Een eindbalans

Soms is samen doen, samen bouwen,… gemakkelijker als koffie te komen drinken, er is een verbinding in het samen doen. 

Michiel, De Koer

Wat is voor jullie de grootste uitdaging die jullie ondervinden of te wachten staan? 

Momenteel zijn we nog burgers, een burgerinitiatief dat stilaan aan het professionaliseren is. In dat proces is het belangrijk om onze oorsprong, onze eigenheid en dat waarvoor we staan niet uit het oog te verliezen. Tegelijk ondervinden we, zoals eerder al gezegd, dat we in hokjes worden ‘gedwongen’, terwijl dat we niet thuis horen in een bepaald hokje. 

Wat is jullie succesfactor? Wat is het belangrijkste ingrediënt dat jullie project mogelijk en succesvol maakt? 

De Koer als locatie zelf is vooral de succesfactor. We zijn een speelplaats waar eigenlijk alles kan. Waar iedereen welkom is, waar we het talige overstijgen. De locatie brengt mensen samen, in verbinding met elkaar 

Soms is samen doen, samen bouwen,… makkelijker als koffie te komen drinken, er is een verbinding in het samen doen. Bij een koffie komen drinken is er toch een bepaalde drempel, er is een talig aspect: de omgeving verwacht dan bijvoorbeeld meer dat je in gesprek gaat, je verhaal doet.

Waar we het sterkte in zijn in het snijvlak opzoeken, tussen het artistieke en het sociale. We kijken wat er kan gebeuren als we die beide zaken, die voor ons even belangrijk zijn, samenbrengen. Door de combinatie ervan, door een breedheid aan dingen te faciliteren en te ondersteunen, creëren we ruimte voor wederzijdse inspiratie en dat is interessant, daar staan we voor. Mensen die anders elkaar nooit zouden ontmoeten maken kennis met elkaar bij ons en kunnen dingen beginnen delen. Daarin verschillen we van plekken die gefocust zijn op een thema of medium.  

Welk advies zou jij geven aan gelijkaardige, nieuwe gelijkaardige commonsgerichte initiatieven? 

Momenteel zit de Koer in een overgangsfase, van een burgerinitiatief naar een meer professionele organisatie. Soms vinden we dat spijtig, de vrijheid of mogelijkheden die je hebt als burgerinitiatief gaat deels verloren bij zo’n professionalisering. We vragen ons daarbij ook af of we niet te snel gaan of iedereen kan volgen. Niet te snel willen professionaliseren en genieten van de vrijheid als kleinschaliger burgerinitiatief is dus ons advies, en vooral goed blijven luisteren naar iedereen. 

Deze tekst verscheen eerder op de website van Commons Lab. 

Nele Vanderhulst

Nele Vanderhulst

Scroll to Top