feb
13
2020

Een straffe praktijkbeschrijving: Over ‘t leven

Diversiteit

Blog, Praktijk

Marijke Verleyen van Vormingplus Vlaamse Ardennen-Dender nam in november deel aan onze tweedaagse vorming ‘Jouw praktijk op papier’ onder begeleiding van Marc Jans. Haar praktijkbeschrijving is zo knap dat we hem hier graag met jou delen. Na afloop liet Marijke nog weten dat de vorming haar over een soort angst om teksten te schrijven heeft geholpen. En het resultaat mag er zijn.

Tekst: Marijke Verleyen
Illustraties: Vero Beauprez

Over ’t leven

Zes oorlogsvluchtelingen uit Irak, Syrië, Armenië, Somalië en zes ouderen die in Geraardsbergen de Tweede Wereldoorlog meemaakten ontmoeten elkaar tijdens vijf theekransjes met een taartje. Masud en Nur halen Jozef en Atleine op in de rolstoel in het woonzorgcentrum naast het lokaal dienstencentrum. Zelf haal ik Fernand op in zijn appartementje. Zijn vriendin duffelt hem goed in. Hij zet zijn mooiste hoed op en we vertrekken arm in arm. Ik beloof dat we goed voor hem zullen zorgen. Rachida Ouchoucout staat ons al op te wachten. Zij zal de gesprekken begeleiden die we samen voorbereid hebben. Rachida werkt als therapeute en coacht groepen en personen met traumaervaringen en een migratieachtergrond. De komende vijf vrijdagen hebben we het over oorlog, oorzaken van oorlog, het vluchten, de traumaverwerking en je leven opnieuw op de rails krijgen … Een hele boterham. Askan haalt Arthuur op in zijn serviceflat. Iedereen sijpelt binnen.

Hoe het allemaal begon? Een paar maanden voordien sprak Els Pauwels van de stad Geraardsbergen me aan over een vraag die vluchtelingen stelden tijdens een bijeenkomst. Ze missen hun oudere familieleden en zijn benieuwd hoe de ouderen hier hun leven terug konden opnemen na de Tweede Wereldoorlog. Medewerkers van de stad Geraardsbergen, het lokaal dienstencentrum en het animatieteam van het woonzorgcentrum brachten me in contact met geïnteresseerde ouderen. Het was belangrijk dat deze kandidaten fysiek en mentaal nog in staat zijn om gedurende twee uur een activiteit te volgen. Tijdens een huisbezoekje een aantal weken voor de eerste bijeenkomst nodigde ik iedereen persoonlijk uit en maakte ik een praatje over wat er allemaal aan bod zou komen de komende vrijdagen. Het was belangrijk om te weten of ze over hun ervaringen konden praten en of ze interesse hadden in de ervaringen van anderen. Enkele dagen voor de eerste afspraak belde ik iedereen nog even op om te horen of het ging lukken om er vrijdag bij te zijn.

“Het is verrassend hoe intens de gesprekken zijn en hoe herkenbaar de ervaringen.”

De eerste vrijdag. De sfeer is hartelijk. Iedereen helpt elkaar met de jassen en sjaals. Koffie en thee worden aan de bar besteld. Iedereen kijkt vol spanning uit naar het gesprek. Per twee wisselen de deelnemers hun levensverhaal uit. De taart wordt aangesneden en daarbij delen ze om de beurt hun verhalen in de groep. Verrassend hoe intens de gesprekken zijn en hoe herkenbaar de ervaringen. Ik hoor de mensen luisteren en zie hen knikken. Ik noteer alle gesprekken zo letterlijk mogelijk. Wat gedeeld wordt laat niemand onbewogen.

Askan: “Zelf ben ik bijna drie jaar geleden gevlucht. Yezidi worden extra vervolgd. Wat ik gezien heb is ongelooflijk. Dat beeld blijft me zo helder bij. Er zijn heel wat mensen gevlucht van Aleppo naar Afrin. Vrouwen, kinderen en baby’s op de weg … Geen eten, geen melk voor de baby’s en geen plaats voor de vluchtelingen … Twee maanden zonder eten, zonder plaats om te overnachten. Waarom? Tot wanneer? En wat is het resultaat?”

Jeanneke: “Enkel armoede.” Iedereen knikt. En Jeanneke gaat verder: “Mensen verliezen heel veel bij de oorlog. De grote mannen zien er voordelen van zoals economische belangen, macht, … maar de gewone mens zit ermee.”

Rachida leidt de groep doorheen het proces. We sommen oorzaken van oorlog op. Ze legt uit wat een trauma is, welke gevoelens hierbij spelen en in welke fasen een verwerkingsproces meestal verloopt. De levensverhalen van deze twaalf mensen worden in één van deze fasen gesitueerd. Een trauma doet rare dingen met een mens. Het verlamt, maakt mensen depressief maar geeft ook een ongelofelijke kracht.

Masud: “Ik vluchtte alleen. Mijn vrouw en twee kinderen bleven achter met de belofte dat ik hen zou laten nakomen als alles veilig was. Een trektocht van vier maanden door de bergen bracht me tot in Turkije, dan verder met een gammel bootje naar Griekenland. In oktober 2017 kwam ik in België terecht. Alleen. En nu is het wachten op mijn vrouw en kinderen. Nog steeds is er geen zicht op hun komst.” Jozef: “Je moet erin blijven geloven. Elke dag komt het moment dichter dat jullie weer samen zijn. Ook al weet je niet welke dag het exact is. Bereid je voor om jouw vrouw en kinderen goed te kunnen onthalen als ze hier toekomen.” Masud knikt en een klein lachje komt tevoorschijn.

We stellen vast dat een mens veel meer aankan dan men ooit kan bedenken. Zoals Masud zijn vrouw achterliet, getuigt Ban over het bang afwachten met de kinderen in Irak naar nieuws van haar gevluchte man en het verlangen om hem te kunnen vervoegen op een veilige plek. Atleine vluchtte ook met haar ouders tijdens de Tweede Wereldoorlog en Jeanneke zag veel vluchtelingen langs kleine wegen. Linda vertelt over de genocide in Armenië die haar familie nog steeds meedraagt tot op vandaag.

Dit zijn momenten die mensen verbinden. Elke vrijdag komen we samen en gaat het gesprek even intens verder als waar het stopte. De theekransjes doen ertoe. Atleine vertelt ons tijdens de derde bijeenkomst dat het te diep in haar hart binnenkomt en neemt afscheid van de groep. Arthuur viel in zijn serviceflatje en heeft veel pijn maar slaat de gesprekken niet over. Jozef brengt een boek mee over de Tweede Wereldoorlog. Jeanneke toont haar zelfgemaakte handtas. Askan schrijft een tekst over onze ontmoetingen. Linda brengt foto’s over Armenië en eigen gebak mee. Soms zijn er geen woorden nodig om elkaar aan te voelen. Het gonst van wederzijds begrip, verstandhouding en menselijke warmte voor elkaar. Ze troosten elkaar. Ze geven elkaar schouderklopjes en energie om verder te gaan. Zo’n intense vrijdagen maakte ik nog niet veel mee.

“De persoonlijke verhalen gaan verder dan het eigen verhaal, zijn universeler en verbinden mensen over de tijd heen.”

Deze gesprekken worden samen met de dienst Samenleving van de stad Geraardsbergen georganiseerd. Ik vertel Els over de intensiteit van deze ontmoetingen en de verbinding die tussen mensen ontstaat. We stellen ons de vraag hoe we dit kunnen delen met de ruimere samenleving. De persoonlijke verhalen gaan verder dan het eigen verhaal, zijn universeler en verbinden mensen over de tijd heen. Het raakt aan de universele rechten van de mens: het recht op veiligheid, onderdak, eten, … Het recht op vrije meningsuiting, zelfontwikkeling, … Kortom, recht op een menswaardig bestaan. Voor iedereen, waar ook, wanneer ook. Deze verhalen raken aan de essentie van het leven.

De volgende vrijdag gaan Els en ik in gesprek met de groep om na te gaan of er interesse is om hun verhalen te delen met buitenstaanders. Het idee ontstaat om een tentoonstelling en een boekje te ontwikkelen. We besluiten om illustratrice Vero Beauprez uit te nodigen om op de laatste vrijdag de deelnemers te tekenen en hun verhalen in beeld te brengen. Een tentoonstelling krijgt vorm. Een fragment van elke getuigenis komt terug in het boekje.

Ondertussen zijn de vrijdaggesprekken afgelopen. Ban, Nur, Askan en Masud zijn aan het werk. Arthuur en Madeleine wonen niet langer in een serviceflat maar in een woonzorgcentrum. Fernand en zijn vriendin zijn opgenomen in het ziekenhuis. Zijn vriendin sterft. Fernand blijft alleen achter in hun flatje. Masud en Linda komen nog verschillende keren bij Jeanneke thuis samen. Ze bereiden samen de getuigenis voor die ze bij de opening van de tentoonstelling gaan brengen. Ze interviewen elkaar over wat er die vijf vrijdagnamiddagen gebeurde en vertellen de verhalen die in de tentoonstelling worden geïllustreerd. Jeanneke staat erop dat Masud extra komt oefenen om zijn uitspraak nog te verbeteren. Linda zorgt voor Armeense koekjes en muntthee. Jeanneke deelt eigen haakwerkjes uit.

De tentoonstelling

11 september 2019. Honderddrieënveertig Geraardsbergenaars luisteren in groepjes naar de getuigenissen. Ban en Nur namen verlof om erbij te kunnen zijn. Linda haalt Jozef met de rolstoel op. De dochters van Atleine en Arthuur zijn er ook. Er worden groepsfoto’s gemaakt.

Masud richt zich tot de genodigden: “Zelf ben ik ook moeten vluchten. Eerst uit Syrië en daarna uit Irak. Maar wij konden vluchten naar Europa. Naar België. Waar we wisten dat er geen oorlog is. Waar het veilig is. Waar we gerust kunnen zijn. Toen we vorig jaar samenkwamen met deze groep waren mijn vrouw en kinderen nog niet in België. Dit maakte dat ik dan wel veilig was, maar met heel mijn hart en verstand was ik bij hen. Dit was een zeer moeilijke tijd. Gelukkig is dit nu anders en wonen we samen in Geraardsbergen.” Hij straalt.

“Het zijn universele verhalen met een uitdrukkelijke boodschap om de genocides, oorlogen en vervolgingen niet te vergeten.”

De verhalen krijgen via de tentoonstelling een vervolg. De tentoonstelling kreeg veel aandacht bij de herdenking van de Eerste Wereldoorlog op 11 november. Na veertien dagen te blijven staan in het  lokaal dienstencentrum De Maretak verhuist de tentoonstelling naar de woonzorgcentra waar Jozef, Atleine, Arthuur, Madeleine wonen. Dit jaar is ze op verschillende locaties in Geraardsbergen en daarbuiten te zien. De verhalen reizen nu mee met het boekje en de getuigenissen. Het zijn universele verhalen met een uitdrukkelijke boodschap om de genocides, oorlogen en vervolgingen niet te vergeten. En vooral, zoals Askan het zo mooi schrijft in zijn verslag: “Alle leven verdient het om het mooi en goed te hebben.”

Wil je graag meer weten over de tentoonstelling of het boekje? Stuur dan een mail naar Marijke.

Wil je jouw praktijk ook zo vlot op papier krijgen? Schrijf je in voor onze training op 29 april en leer hoe je jouw praktijk beschrijft én stuurt vanuit de beoogde functies.


Hilke Charels

Hilke Charels

Scroll to Top