sep
16
2020

Nieuwe vormen van verenigen: pionieren op een scharniermoment

Burgerinitiatief, Sociaal-cultureel werken, Vrijwillige inzet, Werken met groepen

Blog

Vandaag is er heel wat in beweging in sociaal-culturele organisaties, en al zeker binnen verenigingen. We zien nieuwe vormen van vrijwillige inzet en verenigen. Mensen willen zich niet per se minder inzetten, maar wel anders. Meer afgebakend, soms eenmalig. En ook meer gericht op persoonlijke ontplooiing.

De vragen die iedereen zich stelt: hoe ga je als vereniging toekomstgericht om met deze vaststellingen? Welke nieuwe vormen van verenigen zijn er? En misschien nog belangrijker: wat zijn de voorwaarden om mensen te verenigen? Wat werkt écht?

Wat meteen opvalt is dat deze vragen nauw aansluiten bij het nieuwe decreet, dat helemaal de kaart trekt van het civiele perspectief en een open benadering. Het decreet daagt ons uit om opnieuw na te denken over enkele essentiële vragen: wat raakt jouw organisatie in haar omgeving? Welke maatschappelijke spelregels wil jouw organisatie veranderen? Wat wil jouw organisatie maatschappelijk betekenen en voor wie?

“Mensen willen zich niet per se minder inzetten, maar wel anders.”

Ook opvallend: initiatieven die vertrekken van een noodzaak of urgentie in de maatschappij kunnen nieuwe mensen gemakkelijker aantrekken en verenigen. Neem BXLRefugees, de burgerbeweging die vluchtelingen steunt: er gebeurt iets heel dringends, burgers zetten snel een flexibele structuur op poten en kunnen op korte tijd veel vrijwilligers mobiliseren.

Pionierswerk

Daarnaast zien we dat veel verenigingen pionierswerk leveren in hun zoektocht naar nieuwe vormen van verenigen. Ze vertrekken van de vaststelling van vergrijzing en verstilling binnen hun afdelingsnetwerk en gaan parallel op zoek naar nieuwe praktijken om mensen te verenigen, vaak geïnspireerd door burgerinitiatieven. Bijvoorbeeld: projectmatig werken, vertrekken vanuit de noden van de gemeenschap, samenwerken met burgerinitiatieven, zelf burgers verenigen, communities bouwen, …

“Veel verenigingen leveren pionierswerk in hun zoektocht naar nieuwe vormen van verenigen.”

Deze nieuwe praktijken zijn verrijkend omdat ze via kleine experimenten zichtbaar maken welke pistes werken en welke niet. Verenigingen stappen op die manier weg van het ‘eerste orde leren’: het behouden van de dingen zoals ze zijn. Ze maken de omslag naar het ‘tweede orde leren’: buiten de vertrouwde referentiekaders denken en fundamenteel vernieuwen. Verenigen wordt in deze logica niet langer gezien als een doel (mensen samenbrengen), maar als een middel (tot maatschappelijke verandering).   

Succesfactoren om mensen te verenigen

Wat écht werkt als je nieuwe manieren zoekt om mensen te verenigen, hangt natuurlijk af van verschillende factoren. Bij pionierswerk is het belangrijk om net die ‘succesfactoren’ om mensen te verenigen als leidraad te nemen en daarvan te vertrekken.

Een aantal succesfactoren zijn:

  1. Een sterke oriëntatie op – en verbondenheid met – de maatschappelijke omgeving en met de kwesties die zich daarin stellen.
  2. Een verhaal waarin je als vereniging aangeeft wat er volgens jou fout loopt in de maatschappelijke omgeving en hoe je wilt bijdragen aan een positieve verandering.
  3. Een gedeelde ‘wij’ waarin verbinding, onderlinge solidariteit en bereidheid tot handelen bestaan.
  4. Een weg: doen, leren, toe-eigenen, delen, cocreëren. Waarom komen mensen vandaag samen? Wat zijn de drijfveren tot handelen? We zien dat sommigen gewoon iets samen willen doen, anderen willen zich iets toe-eigenen. Sommigen willen gewoon delen. En nog anderen willen cocreëren. Het is belangrijk om je als vereniging te verhouden tot deze dynamieken.
  5. Leiderschap dat een duidelijk kader en de mogelijkheid tot experiment biedt. Het is voor afdelingsbegeleiders moeilijk om én klassieke afdelingen te begeleiden én nieuwe initiatieven op te starten als daar geen organisatiestrategie of ruimte voor is.
  6. Netwerklogica en organisatiestructuur: netwerken zijn de toekomst om de verbondenheid met je omgeving te behouden. Daarnaast is er nood aan een lichte organisatiestructuur die heel horizontaal is.

Is het niet helemaal duidelijk in hoeverre deze succesfactoren in jouw organisatie aanwezig zijn? Stel jezelf dan de volgende vragen:

  • Hoe brengen we de maatschappelijke omgeving binnen in onze vereniging?
  • Welke kwesties leven er?
  • Welk veranderingsgericht verhaal kunnen we daaraan koppelen?
  • Wie is de gedeelde ‘wij’ die de verandering kan realiseren?
  • Welke wegen zien we om de ‘wij’ te verenigen rond de kwestie en om verandering te realiseren?
  • Hoe komen we tot netwerken waarin de ‘wij’ zich flexibel kan bewegen?
  • Hoe is ons leiderschap ondersteunend voor de ‘wij’ en voor de verandering?

Door deze vragen te beantwoorden kom je gemakkelijker los van het ‘eerste orde leren’ en maak je plaats voor een meer fundamentele verandering. En zo kom je tot de essentie: hoe komt het dat je model bij sommige mensen niet meer aanslaat en wat kan je hen bieden zodat ze willen bijdragen tot de maatschappelijke verandering die jij voor ogen hebt?

De manier waarop je mensen gaat verenigen bepaal je in functie van de verandering die je wilt teweegbrengen en de drijfveren die je bij mensen opmerkt. Want eigenlijk is mensen samenbrengen niet eens zo moeilijk. De echte uitdaging: leden en vrijwilligers duurzaam betrekken binnen de bredere community van je organisatie.

Bronnen

  • Monbiot, George. George Monbiot: how do we get out of this mess? www.theguardian.com. The Guardian, september 2017.
  • Monbiot, George. Young climate strikers can win their fight. We must all help. www.theguardian.com. The Guardian, februari 2019.
  • Van den Eeckhaut, Gie. Verstaan: Maatschappelijk innoveren vanuit sociaal-cultureel perspectief. Socius vzw, mei 2014.

Jozefien Godemont

Jozefien Godemont

Scroll to Top