Civiel perspectief
Het decreet neemt het civiel perspectief als eerste uitgangspunt. Daarmee plaatst de Vlaamse overheid de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk in het hart van de democratische samenleving. Waarom doet ze dat? Waar komt de term ‘civiel perspectief’ vandaan en welke betekenis kan je eraan geven in de context van het sociaal-cultureel volwassenenwerk? En vooral: hoe staat het civiel perspectief in relatie tot rollen en functies?
De samenleving: drie speelvelden en een middenveld
Elke grotere gemeenschap staat voor de uitdaging om het samenleven vorm te geven. Hoe moet je met zo veel mensen beslissen over de inrichting van een stad, over de verdeling van de kosten voor gezondheidszorg of over de organisatie van rechtspraak?
Onze moderne democratie biedt daar een mogelijk antwoord op: we organiseren verkiezingen en duiden zo mensen aan die ons vertegenwoordigen. Dat zijn mensen die we kiezen op basis van een politieke overtuiging. Zij krijgen dan de bevoegdheid én de opdracht om de staat zo in te richten dat die het algemeen belang dient.
Naast dat politieke speelveld ligt het speelveld van de markt. Dat biedt ons een ruimte waarbinnen we van alles ondernemen om onze behoeften te vervullen. We kunnen er bijvoorbeeld geld verdienen waarmee we dingen kunnen kopen. De markt is het speelveld waar we de materiële waarde van goederen en arbeid bepalen om ze zo tegen elkaar te kunnen ‘ruilen’ in functie van wat we nodig hebben. Staat en markt vormen samen ‘het maatschappelijk systeem’.
Daartegenover staat het meest oorspronkelijke speelveld, het speelveld dat zin en betekenis geeft aan ons leven: de persoonlijke leefwereld. Dat is de private sfeer, waar we in gezinnen leven, waar we vriendschapsrelaties hebben, waar we ons verbinden met familie en buren, waar we onze religie, wereldbeschouwing of andere waardekaders ontwikkelen. Dat is de ruimte waarin we bijvoorbeeld kiezen om vegetarisch te leven, onze kinderen met een open geest voor andere culturen opvoeden of waar we onze oudere buurvrouw helpen met boodschappen. Het is het speelveld dat volop geladen is met wat we waardevol vinden en waarbinnen ons dagelijks leven zich afspeelt.
Tussen die drie speelvelden – staat, markt en leefwereld – ligt er een maatschappelijk middenveld: een publieke ruimte waarin de drie speelvelden elkaar voortdurend raken en met elkaar vermengd geraken. De verbindingen die mensen daarin met elkaar aangaan, zijn niet gebaseerd op affectieve banden. Wat er gebeurt, gebeurt niet louter op initiatief van de overheid en is niet echt geregeld volgens de wetten van de markt.
De civiele maatschappij
Het is precies in dat maatschappelijk middenveld dat we de betekenis vinden van het ‘civiel perspectief’. Dat perspectief verwijst naar de ‘civiele maatschappij’, een begrip dat min of meer als synoniem functioneert voor de term ‘maatschappelijk middenveld’. Daarmee bedoelen we het volledige veld van onafhankelijke associaties, organisaties, groepen of bewegingen waarin burgers uitdrukken waar ze met de samenleving naartoe willen. Ze doen dat door zich vrijwillig en op eigen initiatief te verenigen rond waarden of ambities die ze belangrijk vinden, rond overtuigingen die ze delen of rond maatschappelijke ambities die ze samen willen realiseren. Ze doen dat niet zelden vanuit een bepaalde verontwaardiging over wat ze onrechtvaardig vinden. Enkel de mensen die zich achter hetzelfde idee scharen, voelen zich gebonden door de beslissingen en de keuzes die in het maatschappelijk middenveld door organisaties worden gemaakt.
Voorbeelden genoeg.
- Een buurtcomité dat de buurt gezelliger wil maken of bij het lokale bestuur wil opkomen voor meer verkeersveiligheid.
- Een vakbond die werk wil maken van maatregelen die burn-out kunnen voorkomen of die vaders bij de geboorte meer tijd wil geven om thuis te zijn.
- Een lokale vereniging die zich vanuit een religieus motief wil inzetten voor mensen die in armoede leven.
- Een solidariteitsbeweging die opkomt voor eerlijke wereldhandel.
- Een vormingsorganisatie die mensen wil ondersteunen bij hun persoonlijke ontwikkeling of die het maatschappelijk debat wil voeden of aanwakkeren.
- Een vereniging die wil verkennen hoe we rouwen over de dood van een dierbare met nieuwe rituelen en betekenisvolle momenten vorm kunnen geven in een taal die aansluit bij wat mensen vandaag nodig hebben.
Sociaal-culturele praktijken spelen zich in regel af in dat maatschappelijk middenveld. Sociaal-culturele organisaties zijn civiele actoren, die de private kwesties of maatschappelijke ambities van mensen in hun leefwereld tot een publieke zaak maken in de civiele samenleving, om op die manier markt of staat te bewegen in de gewenste richting. Daarom zeggen we wel eens dat sociaal-culturele praktijken zich afspelen op de ‘naad tussen systeem en leefwereld’. Dat is de politieke en democratische dimensie van de civiele samenleving. Daarnaast heeft het maatschappelijk middenveld – en dus ook een sociaal-culturele organisatie – een sociale opdracht: het verbindt mensen met elkaar, met groepen en met gemeenschappen. Het geeft hen ontwikkelingskansen en creëert betrokkenheid en vertrouwen in de samenleving.
De civiele maatschappij als arena
In dat maatschappelijk middenveld is er voortdurend beweging. Zo was het middenveld ooit voornamelijk georganiseerd en verdeeld rond economische, levensbeschouwelijke of religieuze kwesties. Vandaag is die stempel nog aanwezig, maar zien we dat de thema’s eerder opschuiven in de richting van duurzaamheid, diversiteit en digitalisering. Misschien is morgen de zoektocht naar alternatieve vormen van economie wel een thema?
Maar ook de relaties tussen de spelers veranderen voortdurend: soms zijn er coalities zoals de coalitie tussen middenveldspelers, marktspelers en overheid om zoveel mogelijk mensen zelf energie te laten produceren via zonnepanelen. Op een ander moment staan spelers lijnrecht tegenover elkaar zoals wanneer civiele actoren mensen willen aanzetten tot repareren terwijl de markt alle belang heeft bij het voortdurend aankopen van nieuwe consumptiegoederen.
De civiele maatschappij is dus een arena waarin strijd wordt gevoerd om macht en invloed, waar belangen tegengesteld zijn, maar waarin ook coalities worden gesmeed. Een arena waarin het publieke debat wordt gevoerd over wat het goede is om te doen. Civiele actoren in dat middenveld proberen de publieke opinie en zelfs de private levenssfeer te beïnvloeden. Door repair cafés te organiseren, hopen organisaties bijvoorbeeld dat mensen meer bewust worden van de levensduur en de reparatiemogelijkheden van apparaten. In die zin speelt de civiele maatschappij ook een waardenspreidende rol.
Civiel perspectief
Het decreet vertrekt vanuit dat civiel perspectief. Dat betekent dat sociaal-culturele organisaties beschouwd worden als vrijwillige en autonome verenigingen van burgers die samen vorm willen geven aan de samenleving.
Het civiel perspectief betekent ook dat de overheid de onafhankelijkheid van civiele actoren erkent en hen dus niet kan benaderen als voorzieningen die bedoeld zijn om het eigen overheidsbeleid uit te voeren. De overheid kan zich als het ware niet ‘bemoeien’ met de vraag welke thema’s, kwesties of praktijken burgers belangrijk genoeg vinden om zich daarrond te verenigen. De overheid vindt het intrinsiek waardevol dat die organisaties bestaan en hun rol in de democratische samenleving spelen. Dat is ook de reden waarom ze die organisaties principieel wil subsidiëren, uiteraard binnen de grenzen van rechtsregels zoals die onder andere vastgelegd zijn in het decreet.